Grote Canadese gans

Grote Canadese gans - Branta canadensis

• Orde: eendvogels – Anseriformes;
• Familie: eenden – Anatidae;
• Lengte: 55 – 110 cm;
• Spanwijdte: 122 – 183 cm;
• Biotoop: tal van waterrijke leefgebieden, zoals graslandgebieden;
• Voedsel: vegetarisch: gras en oogstresten. Ook waarnemingen van eieren en jonge van andere vogels;
• Periode: voornamelijk gehele jaar. Vanaf juni tot september grote groepen ruiende vogels op open water;
• Aantal broedparen: 12.000 – 16.000;
De eerste Grote Canadese Ganzen verschenen in Europa in de 17de eeuw als siervogels in Engelse parken. Later werden de ganzen uitgezet als waterwild, maar de dieren waren te tam, te onregelmatig in hun vliegtijden en vlogen te laag. Bij hun verwildering ging het ze echter voor de wind, want een uitgebreide telling in 1976 leverde in Engeland bijna 20.000 vogels op. In Scandinavië is de Grote Canadese Gans ook uitgezet en met succes verwilderd. De Grote Canadese Gans is sinds 1974 broedvogel in Nederland. Lang bleef het aantal broedparen beperkt, tot halverwege de jaren 1990 de aantallen opeens fors toenamen. In 2000 waren er al ruim 1000 paren en dat aantal neemt explosief toe. In Nederland heeft men vanwege de landbouwschade de soort lang bestreden. Vanwege de overlast (poep) wordt op diverse golfbanen in Nederland getracht de ganzenpopulatie beperkt te houden. Echter op golfbaan Anderstein valt de overlast erg mee en kan men genieten van de allochtone “siervogel”.