Kleine parelmoervlinder

Kleine parelmoervlinder - Issoria lathonia

• Familie: aurelia’s – Nymphalidae;
• Afmeting: 35 – 45 mm;
• Levenscyclus: rups vrijwel het gehele jaar aanwezig. De soort overwintert als halfvolgroeide rups;
• Vliegtijd: april-eind oktober in drie en soms vier overlappende generaties;
• Gedrag: door de verschillen in ontwikkelingstijd van de rupsen, verschijnen de vlinders van dezelfde generatie verspreid over een langere periode. Hierdoor overlappen de generaties elkaar sterk, waarbij de grootste aantallen in juli en augustus vliegen. De vlinders zonnen veel op open plaatsen op de grond, maar zijn erg schuw;
• Biotoop: open pioniersvegetaties en schrale droge warme kale grond. De vlinder is bij uitzondering op golfbaan Anderstein waar te nemen, bij voorbeeld langs de fairway van hole Heuvelrug-3;
• Waardplant: verschillende soorten viooltjes, waaronder akkerviooltje;
• Voorkomen: een schaarse standvlinder die vooral voorkomt in de hele kuststreek. Vooral in de zomermaanden kan de vlinder over groet afstanden zwerven, vandaar dat de Kleine Parelmoervlinder af en toe op verschillende plaatsen in het binnenland wordt gezien.