Bruine daguil

Bruine daguil - Euclidia glyphica

  • Familie: uilen – Noctuidae;
  • Afmeting: spanwijdte 25 – 30 mm;
  • Levenscyclus: rups mei-juni en augustus-september. De soort overwintert als pop in een cocon in de strooisellaag;
  • Vliegtijd: half april – half augustus in twee generaties. De vlinders zijn bij zonnig of bewolkt warm weer, overdag actief;
  • Gedrag: de rups is ’s nachts actief en rust overdag langs de stengel van de waardplant. ;
  • Biotoop: in droge tot vochtige open gebieden, zoals bloemrijke graslanden en wegbermen;
  • Waardplant: klaver, rolklaver, hopklaver, wikke en luzerne;
  • Voorkomen: een zeer algemene nachtvlinder, vooral in oost- en zuid-Nederland;